Naast boete ook een randvoorwaardenkorting

Wie  een overtreding van de Meststoffenwet (hierna: Msw) begaat of niet voldoet aan de voorwaarden van het Besluit Gebruik Meststoffen (hierna: BGM) kan naast met een boete ook worden geconfronteerd met een randvoorwaardenkorting op de rechtstreekse betalingen van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (hierna: GLB). Op grond van de artikelen 91, 92 en 93 van Verordening (EU) nr. 1306/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 17 december 2013 inzake de financiering, het beheer en de monitoring van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (Verordening 1306/2013) dient een landbouwer die rechtstreekse betalingen ontvangt, de in bijlage II genoemde, uit de regelgeving voortvloeiende beheerseisen in acht te nemen. Deze beheerseisen zijn door Nederland onder meer… Lees meer

Lees verder

Hoe verder met mestboetes van voor 18 december 2018?

Zoals al eerder op deze site gemeld heeft het  College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna: het College) 18 december 2018 een drietal uitspraken gedaan die verregaande gevolgen (kunnen) hebben voor lopende procedures waarbij mestboetes zijn aangekondigd of al zijn opgelegd. Een kort overzicht over achtergrond en de gevolgen van deze uitspraken:   Handhavingsmarges Wanneer een bestuurlijke boete wordt opgelegd of het voornemen daartoe wordt aangekondigd bevat deze een berekening waaruit blijkt hoe men tot het boetebedrag is gekomen. In deze berekening worden bepaalde posten bijgesteld in het voordeel van betrokkene. Deze bijstellingen worden tolerantie-, zekerheids- of handhavingsmarges genoemd. Kort door de bocht kunnen ze worden vergeleken met de correctie… Lees meer

Lees verder

RVO publiceert correcties voor gewogen en bemonsterde metingen

In een vorig bericht kwam al aan de orde dat het College van Beroep voor het bedrijfsleven (het College) in een drietal uitspraken heeft aangegeven dat, in verband met het grondrecht van de onschuldpresumptie veehouders voldoende kans dienen te krijgen om zich tegen een aan zijn of haar mestboekhouding ontleende bewijsvermoedens te verweren. Dat kan de veehouder alleen, zo oordeelde het College,  als de minister de door hem gebruikte correctiefactoren en marges (op tijd) onthult. Eerder publiceerde RVO al een aantal van deze marges. Onlangs heeft men de overige marges en correctiefactoren gepubliceerd. Deze marges en correcties gelden voor de posten in de mestboekhouding waarbij sprake is een weging en/of… Lees meer

Lees verder

Grondgebruikersverklaring ook schriftelijk beëindigen

Wanneer zogenaamde ‘losse grond’  tijdelijk in gebruik wordt genomen of uit gebruik wordt gegeven wordt dit vaak via een zogenaamde grondgebruikersverklaring geformaliseerd. Daarbij komt het regelmatig voor dat daarbij een stilzwijgende verlenging wordt afgesproken of de gebruikersverklaring wordt aangegaan ‘tot wederopzegging‘. Dat het verstandig is om ook een einddatum op te nemen in een dergelijke overeenkomst of de overeenkomst schriftelijk te beëindigen blijkt uit onderstaande zaak waarin het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna: het College) onlangs uitspraak deed. Appellante heeft op 12 mei 2016 een Gecombineerde opgave bij RVO ingediend waarin zij om uitbetaling van de basis- en vergroeningsbetaling en de extra betaling voor jonge landbouwers voor 2016,… Lees meer

Lees verder

Zorgplicht bij de aanvoer van mest

De Meststoffenwet gaat uit van een verdeling van de bewijslast waarbij de veehouder aan moet tonen dat hij binnen de gebruiksnormen is gebleven. Dit vraagt om extra waakzaamheid zoals blijkt uit onderstaande zaak waarin het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna: het College) onlangs tussenuitspraak deed. Naar aanleiding van een landelijk onderzoek naar leveringen van mest waarbij op de vervoersdocumenten een fictieve afnemer zou zijn vermeld, te weten “Groenerije” of “CTE Service” is een onderzoek gestart naar melkvee- en loonbedrijf [naam 1]. Uit dit onderzoek bleek dat in de periode van 28 april 2009 tot en met 23 juni 2009 twintig vrachten met dierlijke mest op de bedrijfslocatie van [naam… Lees meer

Lees verder

Voor wie zijn de fosfaatrechten bij opfok en inscharen?

Enige tijd geleden hebben we op mestboete.nl al enige aandacht besteed aan de problematiek van de toekenning van fosfaatrechten bij uitscharen en opfokken van jongvee. Melkveehouders schaarden een deel van het jaar een deel van hun (jong)vee uit bij een opfokker of een grondeigenaar om de dieren te weiden.  De fosfaatrechten werden toegekend aan de opfokker of de inschaarder . De eigenaar van de dieren of de uitschaarder stelt nu dat (een deel van) die rechten aan hem toebehoren. De inschaarder of opfokker kan zich niet vinden in die claim van de eigenaar of opfokker. In dergelijke situaties is in een aantal gevallen sprake van enig getouwtrek over en weer… Lees meer

Lees verder

Bij twijfel over de gehalten in koek na mestscheiding moet eerst de afvoer aannemelijk kunnen worden gemaakt

Onlangs deed de Rechtbank Limburg uitspraak in een zaak waarin de afvoer van twee vrachten koek na mestscheiding van het bedrijf van eiseres door verweerder was geschrapt. Uit een onderzoek naar het bedrijf Hamefo Nederland BV (Hamefo), is gebleken dat dit bedrijf Vervoersbewijzen Dierlijke Meststoffen (VDM’s) voor transporten van dierlijke mest opmaakte en registreerde, maar deze transporten in werkelijkheid niet zou hebben uitgevoerd. Het betrof veelal vrachten koek na mestscheiding die zouden zijn vervoerd naar Mestverwerking Fryslȃn BV (MVF). De analyses van deze vrachten vertoonden bovendien vaak opmerkelijk hoge stikstof- en fosfaatgehaltes. Het vermoeden is dat ten tijde van een werkelijk mesttransport extra VDM’s werden ingevuld. Op deze VDM’s werd… Lees meer

Lees verder

Wie moet wat bewijzen ?

De verdeling van de bewijslast binnen de Meststoffenwet is soms lastig te bevatten. Of toch niet ? Onlangs deed het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna: het College) uitspraak in een zaak waarbij men in de uitspraak een duidelijke uitleg van de bewijslast gaf in de context van de betreffende zaak. Uit het strafrechtelijke onderzoek “Osagedoorn” bleek dat dierlijke meststoffen vermoedelijk fictief zijn afgeleverd op naam van diverse particulieren terwijl deze vrachten in waarschijnlijk zijn geleverd aan landbouwbedrijven. Een van die landbouwbedrijven is het bedrijf van appellant. Zowel in 2010 als in 2011 zijn vier vrachten dierlijke meststoffen geleverd op het adres van appellant waarbij op de van deze… Lees meer

Lees verder

Wanneer is sprake van een bedrijf ?

De Meststoffenwet (hierna: Msw) is van toepassing voor bedrijven. Maar wanneer sprake is van een bedrijf? Soms is dat in geschil, zoals in onderstaande zaak waarin de Rechtbank Limburg onlangs uitspraak deed. Eiser en zijn echtgenote bezitten een kasteel met onder andere 2,5 hectare grasland en 2 hectare fruitboomgaard. Op het grasland en tussen de fruitbomen grazen twee pony’s. Het gras wordt gemaaid om de grond rondom het kasteel te onderhouden. Het gemaaide gras, wordt aan de pony’s gevoerd. De pony’s worden hobbymatig gehouden. Het fruit dat de fruitboomgaard oplevert wordt niet verhandeld. Verweerder heeft geconstateerd dat eiser drie vrachten varkensdrijfmest heeft aangevoerd met daarin 771 kilogram stikstof en 432… Lees meer

Lees verder

Meer over mestboetes

‘Dit jaar zijn al 1.316 boetes opgelegd voor overtredingen van de Meststoffenwet. Het totaal daarbij opgelegde boetebedrag bedroeg € 8,6 miljoen’. Dat zei minister Schouten onlangs tijdens een interpellatiedebat in de Eerste Kamer. Een gemiddeld boetebedrag van zo’n 6.500 euro dus. Dat lijkt wellicht mee te vallen. Maar let op: Het boetebedrag varieerde tussen van € 100,- tot € 275.000,-. Veel lagere boetes en een aantal fors hoge boetes dus. Bovendien dient te worden opgemerkt dat in  een gegeven zaaknummer meerdere boetes kunnen worden opgelegd (bijvoorbeeld overtreding van de gebruiksnorm dierlijke mest, de gebruiksnorm stikstof, de gebruiksnorm voor fosfaat en de verwerkingsplicht) waardoor het totaal opgelegde boetebedrag aan een individueel… Lees meer

Lees verder